Op het eerste gezicht stelt het Vikingschipmuseum (Vikingskipshuset) niet veel voor. Het is een bescheiden gebouw dat de vorm van een kruis heeft. Dat is niet wegens een of andere religieuze reden maar omdat de eerste vleugel (de Oseberg-vleugel) af was in 1926. Twee andere (Gokstad- en Tune-vleugel) werden voltooid in 1932. De bouw van de vierde vleugel lag stil wegens de Tweede Wereldoorlog en was pas in 1957 af. Aan de binnenkant past het museum perfect bij de voorwerpen die er tentoongesteld worden. De lichtinval is prachtig en geeft aan alles een serene glans.
Drie schepen
Veel is er niet geweten over de Vikings. En er is ook niet zo veel van hen teruggevonden. Het Vikingschipmuseum herbergt drie oude schepen. Elk schip heeft zijn eigen vleugel; het Gokstadschip, het Osebergschip en het Tuneschip – telkens genoemd naar de plaatsen waar ze gevonden zijn. Ze zijn goed bewaard gebleven omdat ze volledig onder de grond waren begraven. Eigenlijk waren de boten ‘grafkisten’ die dienden als laatste rustplaats voor voorname stamleden. Veel kostbaarheden werden bij de overledene in de boot begraven; goud, zilver, bedden, textiel, karren en zelfs dieren.
Ontdekkers van Amerika
Het voornaamste doel van de schepen was niet comfort maar snelheid. Ze waren ontworpen om vlot grote afstanden af te leggen. De bodem van de boot was als een grote giek die door het water sneed. De boot zakte zo diep in het water dat er maar twee dwarsplanken van de romp boven de waterlijn uitstaken. De Vikingen hebben met hun schepen immense afstanden afgelegd. Ze zijn tot in IJsland, Groenland en Canada gevaren. Eigenlijk waren zij de eersten om Amerika te ontdekken – sorry, Christoffel Columbus. En in Europa zijn ze via binnenwateren tot de Middellandse, Kaspische en Zwarte Zee doorgedrongen. Ook in het Noorden van Afrika zijn hun sporen teruggevonden.
Dikke beschermlaag
Het grootste probleem waar het museum mee te kampen heeft is de desintegratie van de materialen. Aan de buitenkant is niets te zien, maar via scanning is waargenomen dat er van binnenuit een snelle vertering gebeurt. Ten tijde van de ontdekkingen – 1904 voor het Osebergschip – had men niet de technieken die men nu heeft. Om snel het hout te beschermen dat werd opgegraven en opeens aan de weerelementen werd blootgesteld, gaf men een dikke beschermlaag van teer, die spijtig genoeg wel alle originele verf verkleurde naar donkerbruin. Het hout van één kar was volgens de verslagen van de archeologen rood met wit en grijs geverfd. Ten tijde van de opgravingen kon men nog geen kleurenfoto’s nemen. Er bestaan wel kleurentekeningen van.
Surreëel
De details op het houtwerk van de verschillende tentoongestelde voorwerpen is prachtig en enorm fijn. Je kan duidelijk zien dat er verschillende technieken zijn gebruikt. Elke vakman had zijn eigen stijl. Vaak zijn er zilveren knopjes gebruikt om de graveringen te verfraaien. Het is bijna surreëel dat de mensen die hier zo hard aan hebben gewerkt al 2000 jaar dood zijn. In het museum liggen beenderen en tanden van Vikingen die in perfecte staat zijn. Het tijdperk van de Vikingen 800 VC – 1080 NC, blijft boeien, juist omdat er zo weinig van is geweten. Maar toch ben ik dankbaar in het comfort van de 21ste eeuw te leven.
Vikingschipmuseum
Wil je de schepen van de Vikingen met eigen ogen bewonderen? Het museum is dagelijks geopend:
- 1 mei – 30 september van 09:00 tot 18:00
- 1 oktober – 30 april van 10:00 tot 16:00
Een kaartje kost 80 NOK (ongeveer € 8,50).
Fotocredits: Museum of Cultural History, University of Oslo, Norway. Photographer: Eirik Irgens Johnsen
Één suggestie bij “Het Vikingschipmuseum in Oslo”
Tina
De Vlaamse Tina woont samen met haar man in de Zweedse stad Göteborg. Vanuit haar woonplaats schrijft ze twee keer per maand een blog voor Fika Magazine met haar ultieme Göteborgtips en uitstapjes naar andere Scandinavische plekken!Nieuwsbrief
Elke twee weken een leuke update?
Hans zegt:
Dit museum wil ik nog wel een keer graag bezoeken. Geweldig.
Reageren niet mogelijk.